Vanmorgen was de ontbijtzaal gesloten en dat bleef zo. Gelukkig hebben we een eigen kok bij ons, zitten ze er niet mee dat die de keuken gebruikt, dus ontbijten we aan het tafeltje in de hotellobby. Het interesseert niemand een fuck.
We moeten de tijd doden tot om 16.00 uur het vliegtuig naar Ulaan Baatar (de enige juiste spelling: het veelgebruikte Ulan Bator of Ulaan Bator is Russisch) gaat. Het plaatselijke museum biedt een stoffige verzameling van opgezette dieren. Fotos van de plekken die we bezocht hebben (Khõvsgõl lake, Tstataan familie etc.) en wat archeologische meuk. Een tekening, zoals Mõrõn er 100 jaar geleden uitzag, is opvallend. De structuur is hetzelfde, de woonhuizen van hout met een schutting er omheen, zoals dat nu ook is. Alleen de tempels en grote gers in het midden zijn vervangen (jaren 30, lees: verwoest) door de communisten voor troosteloze, bladderende, wegrottende gebouwen in Sovjet stijl. Op de markt wat souvenirs ingeslagen (blauw sjaaltje, Mongools hoofddeksel), wat rondgereden en plaatsen in het vliegtuig gereserveerd. We mogen ieder 15 kilogram bagage meenemen. Overgewicht moet worden afgerekend voor (Tg 250 = $0,25 per kilo).
Het is warm. Ik trek mijn T shirt, mn schoenen en sokken uit en ga bij het hotel, op een bankje, lekker in de zon liggen. Plotseling ben ik omringd door hippe jongens en meisjes. Een keurig meisje blijkt redelijk Engels te spreken en neemt de rol van tolk op zich. Ze willen praten. Hello, how are you, Where do you come from, Whats your home, How old are you, How long are you in Mongolia. Het zijn scholieren die vandaag in het zaaltje bij het hotel hun rapport krijgen. Nieuwsgierig, goed gekleed. Dit geeft een heel ander beeld van Mõrõn, dan de even oude dronkelappen van gisteravond. Het maakt het totaalbeeld van het leven in Mõrõn een stuk minder mistroostig.
En dan, terwijl ik vijf minuten in de zon lig te bakken, betrekt de lucht en steekt van de ene op de andere minuut een zandstorm op. De vijftig meter naar de ingang van het hotel zijn nauwelijks te overbruggen. Het stadje onttrekt zich aan het zicht en wordt gehuld in een stofwolk. Naar adem happend hol ik het hotel binnen. Overal zit zand, in mn ogen, neus, oren. Ik ben in drie seconden helemaal smerig. Tien minuten later is het over en brandt de zon weer. Das maar goed ook, want er moet over een uurtje een vliegtuig landen. Dan ontwikkelt zich een bizar scenario:
Purev meldt dat ons vliegtuig dat om 14.00 uur uit Ulaan Baatar zou vertrekken dat nog niet heeft gedaan.
15.20
We gaan toch maar naar het vliegveld.
15.40
Opgelucht horen we dat het vliegtuig toch uit Ulaan Baatar is vertrokken.
16.04
Onze gids komt met very bad news. Het vliegtuig gaat zo landen, maar er mogen geen enkele passagier mee terug, omdat onder het vee in deze streek een besmettelijke ziekte zou zijn uitgebroken die kan overslaan op mensen. Met de vlucht komen doktoren mee om onderzoek te plegen. Het zou mogelijk zijn dat het hele gebied geïsoleerd wordt. Herman wordt zenuwachtig en scheldt Purev uit dat ie er wat aan moet gaan doen.
16.15
Purev meldt dat de markt waar we vanmorgen nog rondliepen inmiddels is gesloten en dat het ook onmogelijk is om per auto naar Ulaan Baatar te gaan. Wegen en bruggen zouden zijn afgesloten. Verder zegt ie dat de politie is gearriveerd om een cordon om het vliegtuig te leggen, zodra het is geland. Ik begin ook ongerust te worden.
16.30
Het vliegtuig is geland. Er is nergens politie te bekennen. Er wordt geen bagage ingecheckt. De vertrekhal is inmiddels volgelopen met ophalers en mensen die weg willen. Een groot gevoel van onbehagen maakt zich van me meester. Het zal toch niet waar zijn. Officieel worden er geen mededelingen gedaan.
16.40
Een aantal passagiers heeft het vliegtuig verlaten. Volgens Purev doktoren en een inspecteur van de volksgezondheid. Verder gebeurt er niks
16.50
Godverdegodver, het vliegtuig heeft getankt en vertrekt weer. We zijn de lul en niet zon beetje ook.
17.00
Ik stuur Mijid weg om kamers in het hotel te reserveren. Purev staat maar zon beetje bezorgd te zijn. Er worden nog steeds geen mededelingen gedaan. De vertrekhal begint leeg te lopen. De mensen gaan weer naar huis.
17.05
Een ruige Engelsman weet te melden dat het om mond- en klauwzeer gaat. De autoriteiten zijn bang dat het door reizigers wordt overgebracht naar andere delen van Mongolië. Dat kan ik me voorstellen met 32 miljoen dieren. Dat mensen het kunnen krijgen is gelul, paniek zaaien van Purev. Wel kunnen mensen het overbrengen door smetstof aan hun schoenen en zo. Hij meldt verder dat er geen bussen meer vertrekken uit Mõrõn en dat t wel een maand kan duren. De eerste reguliere vlucht uit Mõrõn is overigens pas maandag.
17.15
De Engelsman woont in Khatgal en werkt voor een bedrijf dat De Vierde Wereld heet en ecotoerisme rond Khõvsgõl Lake op gang probeert te brengen. Hij zegt dat er mogelijk morgen een vlucht gaat. Goed luisteren en als je een vliegtuig hoort, snel naar het vliegveld. En stuur mij rooksignalen. Hij gaat door de bergen (de wegen worden gecontroleerd) naar huis.
17.30
Purev heeft bij de directeur van de luchthaven met Mr Amdalgan (zn baas in Ulaan Baatar) gebeld. Misschien komt er morgen een vliegtuig, maar alleen als de State Emergency Commission daar toestemming voor geeft.
Mijid heeft een hotelkamer voor ons geregeld. We laten de bar openen en nemen er nog een. In het zaaltje naast ons is een feestje. Graduation day, maar nu voor de avond-MAVO. We halen onze illegale Venga Boys CD te voorschijn ter afwisseling van Boney M. Beneden is een poolbiljart. We doen een pot. Ik verlies van Mijid.
Bijna 21.00 uur...
Warm water, dan maar lekker douchen, maar ook dat lukt niet. Het water blijft koud. Intussen heb ik een fax geschreven voor de State Emergency Commission. Purev gaat m versturen. Wie weet helpt het. Ik heb er weinig vertrouwen in. Hoe lang gaat dit duren? Een dag? Een week? Een maand? Godverdegodverteringkutklotekanker.
In mijn bed wil ik nog wat lezen, maar het stopcontact waar de stekker van de schemerlamp in zit, valt uit de muur ..